Het verhaal van het Nederlandse modernisme is rijk en divers. Dit blijkt eens te meer nu het werk van vrijmetselaar-architect A.H. Wegerif in perspectief wordt geplaatst.

Bezield modernisme beschrijft een architectuur die, gebaseerd op Wegerifs vertaling van het maçonniek gedachtegoed, de ambitie in zich bergt de beschaving naar een hoger peil te voeren. Aan de hand van zijn ontwerpen, publicaties en maatschappelijke inzet wordt getoond hoe Wegerif deze opvatting heeft vormgegeven.

Na een ve...

Geen enkele architect heeft tijdens het Interbellum het aangezicht van Den Haag en Wassenaar zo bepaald als Co Brandes (1884-1955). Hij was de voorman en meest productieve architect van de Nieuwe Haagse School, de derde stroming binnen de vooroorlogse moderne Nederlandse architectuur, tussen het Nieuwe Bouwen en de Amsterdamse School in.

Zijn omvangrijke oeuvre, dat tot stand kwam tussen 1902 en 1955, omvat alleen al vele honderden woningen en vijftig villa's. Het architectonische en stedenbo...

Architecture and urbanism can contribute to making our cities more resilient to migration. In ‘City of Comings and Goings’ Crimson brings together a cast of European cities that are marked by migration represented through authoratitive essays by local scholars. These cities are also the source of a catalogue of one hundred projects that tackle the issue of migration in many different ways and on different scales. The essays, the catalogue of projects and Crimson’s manifesto-like introdu...

In Nederland staan 10.000 woningen met het predicaat ‘experimenteel’ als resultaat van een uniek woningbouwbeleid uit de jaren zeventig. Het programma Experimentele Woningbouw zorgde vanaf 1968 voor vernieuwing in de volkshuisvesting en de stadsvernieuwing in reactie op de grootschalige en monotone woonwijken uit de jaren vijftig en zestig. Architecten, stedenbouwkundigen en hun opdrachtgevers droegen bij aan vernieuwingen op het gebied van woning, woonvorm en woonomgeving.

Deze publicat...

Met 40 jaar ervaring als docent, architect en aanjager van architectuurbeleid blikt Thijs Asselbergs vooruit in Over de nieuwe architect. Naar aanleiding van gesprekken met studenten geeft Asselbergs zijn persoonlijke kijk op het vak en zet hij uiteen hoe ‘de nieuwe architect’ vorm moet krijgen.

Juist op het moment dat Thijs Asselbergs in 2008 aantrad als hoogleraar aan de TU Delft ging investeringsbank Lehman Brothers failliet. Het luidde de financiële crisis in, die een enorme impact h...

This special issue brings together the work of the EU COST Writing Urban Places network. Using narrative approaches to analysis and design, the network highlights the specificity of local urban cultures in contemporary European cities. Drawing on research from a range of disciplines (architecture, urban studies, literary theory, sociology, media studies), the issue explores spatial approaches that promote responsible, site-specific and socially inclusive design strategies for European cities....

The Netherlands was made by humans. Cities, polders, the landscape and even nature reserves have all clearly been shaped by man. The country’s planned development is as unique as it is famous.

This book describes the intriguing history of spatial planning in the Netherlands from the late Middle Ages to the present day. Where does this strong tendency towards regulation and planning come from? Did these thousands of plans always come together? Or did planners and urban designers sometimes ge...

Victor Horta (1861-1947) wordt gezien als de belangrijkste Belgische architect van de art-nouveaubeweging. Zijn privéwoning in Brussel, gebouwd in 1901, is een zeldzaam voorbeeld van deze architectuurbeweging die een schitterende maar korte bloeiperiode kende rond de vorige eeuwwisseling. In 1990 kreeg Barbara Van der Wee de uitdagende opdracht om het huis te restaureren - het originele architecturale concept was in de loop der jaren door talloze verbouwingen aangetast - en om te vormen tot ...

In the light of the current housing and environmental crisis and increasing social inequalities, there is a growing sense of urgency for architecture as a discipline to engage with the transformation in housing evident in the postwar period. Rather than conceiving this task as a technical matter, this book proposes to reassess the conditions and legacy of this large and ubiquitous housing stock. By foregrounding the mismatch between constructed cultural, social and ideological narratives and ...