Gevoelsimpressies met illustraties over liefde en wat meer. Waarbij VENUS, de Godin der liefde, de muze is.

Als een laatste roep.

Deze gevoelsimpressies in zich herhalende aanwezigheid, rond fladderen in de grote verwachting dat zij neerdalen op andere geesten.

In een besef van troostende schoonheid, waarin illusie en werkelijkheid elkaar ontmoeten.

De gedichten hebben weet dan de niet te

Niet te vergeten speciale momenten van omarming van

De schoonheid in de loop der tijd.

Als dat jongetje

Oogie

In dat hemdje

Zo rechtop

Opkijkend, die grote blauwe oogjes

Zo vol van onbekende verwachting

“Jullie zullen het mij toch laten zien?”

Denkertje

De gedichten zijn als brieven

gericht aan mijn lieve lezers.

Je kan mij antwoorden.

In dichtvorm.

Poetisch dagboek in het licht van mijn Muze.

Als de man in dat grijze haar. Nog rechtop en ontdekkende 'het lieve leven' dat zich aanbiedt in het vlindertje. Beweeglijk en kwetsbaar 'like you'. Zichtbaar in wat de schoonheid van jouw karakter mij aanreikt in poëtische zinnen waartussen de aanduiding van het onzegbare in beschouwelijke toevoegingen over het niet te vergeten leven, dat ik kus.