Verkiezingen zouden de ultieme uitdrukking van parlementaire democratie zijn. Partijen trokken echter de samenstelling van kieslijsten naar zich toe en werden zodoende ‘incontournable’ voor wie verkozen wil geraken. Democratie gleed af naar particratie.
Quo vadis, democratia?
Een ontologisch onderzoek naar het falen van de democratie. Een sterkte-zwakte analyse.
Het gaat slecht met de Westerse democratieën.
Na enkele preliminaire vaststellingen wordt dieper ingegaan op de sterkten van de democratie: zij zouden welvaart genereren, vrijheid en gelijkheid garanderen, kansen tot ontplooiing bieden en een dam tegen autocratieën opwerpen. Die sterkten blijken na doorlichting uiteindelijk zwakten te zijn. Chaos en exclusie maken onlosmakelijk deel uit van het DNA van de democratie. Het zijn structurele zwakten die onvermijdelijk leiden tot onbestuurbaarheid en polarisatie. Een aantal bedreigingen, zowel interne als externe, zetten democratieën verder onder druk.
Finaal worden enkele aanbevelingen geformuleerd om het tij te keren.
Alain zet vraagtekens bij onze democratie en geeft daarmee nog meer stof tot nadenken.
Je zal het wellicht niet steeds eens zijn met zijn visie, maar het heeft de verdienste jou uit te dagen een eigen mening te vormen over deze materie; en als we dat allemaal doen, komt er misschien een mooi alternatief uit. Alain hanteert een vlot leesbare en toegankelijke schrijfstijl. Hij heeft zich zeer goed gedocumenteerd wat de credibiliteit van dit werk versterkt.
Een must voor iedereen die begaan is met onze democratie.
Alain Leemans is 74, van opleiding handelsingenieur. Na een 40 jarige carrière in het bedrijfsleven (doorgaans gericht op de herstructurering van verlieslatende bedrijven) heeft hij onlangs aan de VUB een opleiding in de filosofie met succes afgerond. Zijn proefschrift voor het behalen van de graad ‘Master in de moraalwetenschappen en wijsbegeerte’ zou over de teloorgang van de democratie handelen, uiteraard ontologisch-filosofisch, maar aangevuld vanuit een bedrijfseconomische invalshoek.