Als Suus geboren wordt in de zomer op zondag 4 juli 1971 zijn haar ouders Anna en Theodorus en haar broer Jacob dolblij met haar. Ze houden meteen al zielsveel van hun dochter en zusje. Maar al snel blijkt er iets op te vallen aan de
kleine Suus. Zij lijkt zo anders dan andere kinderen. Het wordt een lange zoektocht. In haar kleutertijd krijgt zij voor het eerst de diagnose autisme. Haar leven is een mooi, maar bewogen leven met vallen en opstaan. Zij gaat naar
een school voor speciaal onderwijs. Zij groeit steeds verder op als kind met autisme. Komt hierdoor vele obstakels tegen in haar leven, tot in de allerdiepste dalen. Er moet meer aan de hand zijn met haar. Iets wat Suus haar mooie maar
zeer bewogen bestaan nog meer kan verklaren. Uiteindelijk zal hier dan toch preciezer antwoord opkomen. En lukt het haar om de prachtigste top van de hoogste berg te beklimmen.