In de voorbije eeuw is de dood méér veranderd dan in alle eeuwen daarvoor. We hebben ons ontdaan van God en het hiernamaals, de dood lijkt al bijna overwonnen. Ondertussen vereenzamen ouderen. Ze zijn niet vitaler dan voorheen, alleen het sterven duurt langer. Die extra jaren bestaan niet uit ontbolsterende passie, maar uit slijtage, depressie en ontluistering. Henk Blanken beschrijft zijn verval en onze verhouding tot de dood. Die is, nou ja, niet eenvoudig. Negen van de tien mensen staan achter de euthanasiewet. Bijna iedereen wil zelf de regie houden over zijn levenseinde. Maar vraag niet of ze bereid zijn een ander te helpen met sterven. Dan
is het land te klein, ook als de wet het niet zou verbieden. ‘Dat mag je niet van mij verlangen. Dat kun je niet van mij vragen.’
Een ongemakkelijk en openhartig pleidooi voor een ‘betere dood’
Maar we mogen die vraag wél stellen. En moeten dat ook doen. We zijn moreel verplicht het er met onze achterblijvers over te hebben. We moeten de dood willen delen – en zelfs durven vieren. Je dood heeft altijd gevolgen voor ‘de anderen’, want niemand start alleen.