De klimaatcrisis als inspiratiebron. Kan dat? Ja dat kan, zo blijkt uit de gedichten die in deze bundel zijn opgenomen. Zonder politiek pamflettisme en opgeheven vingertjes. Het boek bevat 80 +1 klimaatgedichten van 26 dichters die tussen de 12 en 85 jaar jong zijn. De meeste gedichten zijn nieuw en werden speciaal voor dit boek geschreven.
In de verzen een soms vrolijk ironische dan wel verontruste kijk op de feiten, al naar gelang de actualiteit de dichter leidt of op de tast zijn weg laat zoeken. De toon en het sentiment zijn divers, het brede palet van invallen en kleuren maakt de bundel rijk. Ook al appelleren de gedichten voortdurend aan wat er speelt in onze leefomgeving, ze mogen er ook buiten de genoemde context zijn en gelezen worden. Gedichten zijn er om te prikkelen, een horizon te verleggen of in alle eenvoud leesplezier te geven, schoonheid te tonen en, door alles heen, een glimlach uit te lokken.
Met gedichten van:
Menno van der Beek, Fiet van Beek, Mieke van den Berg, Ria Borkent, Lenze L. Bouwers, Henk Fontein, Koos Geerds, Ati van Gent, Liesbeth Goedbloed, Jan Groenleer, Sander Grootendorst, Elise Heres, Julien Holtrigter, Henk Knol, Greetje Kruidhof, René van Loenen, Henk van ter Meij, Leo Mesman, Robert Roth, Hilbrand Rozema, Alfred Valstar, Rikke Vet, Sergej Visser, Melvin Vlot, Bert van Weenen, Hans Werkman.