‘Geloven met een Hebreeuws ijkpunt’. Zo vatte een interviewer de boeken van Bart Gijsbertsen samen. Ze weerspiegelen een boeiende zoektocht naar een christelijke bijbeluitleg die wortelt in de joodse traditie.
Gijsbertsen maakt hier een tocht door het synagogale jaar. Dat doet hij onder Hebreeuwse titels, te beginnen met Bereesjiet (Genesis). We horen in dit boek veel rabbijns commentaar. Maar we herkennen de intentie van de schrijver: Wat betekent dit voor mij als christen? Waar daagt het ‘de heiden’ uit? In hoeverre vraagt het om correctie op de bijbeluitleg van de kerk? En wat betekent deze uitleg voor de gespannen verhouding tussen het Joodse volk en de andere volkeren?
Met de verschijning van dit laatste boek is een drieluik ontstaan. Op het linker paneel zien we Een heidense uitdaging (2015); een kennismaking met de uitzonderlijke weg van het volk Israël door de wereldgeschiedenis, gerelateerd aan een met niets te vergelijken God. Op het rechter paneel verscheen luisteren bij maanlicht (2019); een gang door het kerkelijk jaar, in verband gebracht met de joodse feestkalender. En nu dus het middelste paneel: Van zilveren sporen.