Sarah Morton leeft in haar prille jeugd met het gevoel dat ze een gewoon, alleen wat eigenzinnig kind is. Haar omgeving ziet echter dat haar gedrag afwijkt van dat van de meeste andere kinderen. De diagnose ‘autisme’ had zekerheid moeten geven, een basis om aan haar leven richting te geven, maar de gevolgen zijn averechts. Geen basisschool durft haar nog toe te laten, nu ze het etiketje heeft. Op haar twaalfde belandt ze op een school voor Zeer Moeilijk Opvoedbare Kinderen, de enige school die blijkbaar nog geschikt voor haar wordt bevonden.
Met het verstrijken van de jaren komt Sarah er steeds meer achter hoe de buitenwereld tegen haar ‘anderszijn’ aankijkt. Dat zelfs beroepskrachten haar steeds de verkeerde weg wijzen in plaats van haar hulp te bieden om een zinvol leven op te bouwen… Wanneer de school ervan overtuigd is dat Sarah het niet zal redden buiten een beschermde omgeving en haar niet in staat acht zelf keuzes te maken, lijken de kansen op een toekomst zoals zij zelf voor zich zag, verkeken.