"Sheherazade van het neevlig Noorden" beschrijft het levensverhaal van de in een Fries socialistisch milieu opgegroeide schrijfster Nine van der Schaaf (1882-1973).
Met geen andere opleiding dan lagere school en een grote drang tot schrijven vertrekt ze in 1889 als zeventienjarige naar Den Haag om daar als dienstmeisje te werken. Ze biedt haar verhalen tevergeefs aan bij een plaatselijke boekhandel.
Haar ‘mevrouw’ geeft haar de gelegenheid een opleiding te volgen voor onderwijzeres, maar omdat er een overschot aan leerkrachten is, vindt ze geen werk in die sector. Ze vertrekt naar Amsterdam waar ze naast huishoudelijk werk via een toelage van een filantroop in de gelegenheid wordt gesteld om te schrijven. Na haar ontdekking door de letterkundige Albert Verwey begint haar leven als schrijfster. Naast een gedichtenbundel publiceerde ze een veertiental prozawerken, waaronder haar autobiografie In de stroom (Van Oorschot 1956).
Haar levensverhaal bestrijkt bijna een eeuw waarin grote sociale veranderingen, literaire ontwikkelingen, politieke omwentelingen en twee wereldoorlogen plaats vinden. Haar politieke betrokkenheid loopt via de SDAP en de CPN naar de Partij van de Arbeid. In de Tweede Wereldoorlog wordt ze lid van de Kultuurkamer, wat haar nog lang zou achtervolgen.
Auteur Cornelie van Uuden (1935) studeerde Algemene Cultuurwetenschappen.
Met de historicus Pieter Stokvis schreef zij onder andere het boek De gezusters van Vloten.