In het Handboek Bodembeschermingsrecht wordt een volledig overzicht gegeven van de op dit moment relevante wet- en regelgeving van het bodembeschermingsrecht, hun praktische toepassingen en jurisprudentie. Om de juridische betekenis te verduidelijken worden ook de bijbehorende technische begrippen en bodemkundige processen toegelicht.Sinds het gifschandaal in Lekkerkerk (1980) heeft het bodembeschermingsrecht zich in hoog tempo ontwikkeld. Oorspronkelijk was het de bedoeling om de Nederlandse bodem geheel schoon te maken door multifunctioneel te saneren, dit bleek echter al snel financieel onhaalbare kaart te zijn. Functiegericht saneren (bodemfuncties worden afgestemd op het gebruik van de bodem) is een realistisch en haalbaar alternatief. De laatste jaren is het steeds drukker geworden in de ondergrond omdat steeds meer gebruiksfuncties van de bodem worden toegepast (ondergronds bouwen, bodemenergie, opslag etc.). De Wet bodembescherming uit 1987 is meermaals aangepast en daarnaast zijn er veel besluiten en regelingen bijgekomen die het voorkomen van nieuwe verontreinigingen en het gebruik en hergebruik van (verontreinigde) bodem regelen. Ook tal van andere wetten en Europese richtlijnen bevatten bodembeschermingsrecht.Zowel sanering als preventie worden in het handboek besproken en er is een onderscheid gemaakt tussen bodembescherming binnen inrichtingen (omgevingsvergunningen), bij werken (besluit bodemkwaliteit) en bij stortplaatsen. Specifiek wordt ingegaan op functioneel bodemgebruik met betrekking tot bodemenergie. Tot slot wordt ingegaan op het belang van bodemonderzoek in ruimtelijke plannen en bij bouwactiviteiten. Uiteraard wordt ook de historie beschreven en wordt vooruitgeblikt. Het handboek is daarmee een onmisbaar document voor een ieder die in het werkveld met bodembeschermingsrecht te maken heeft.Auteurs: Y. Flietstra, P. Boers, I. van der Wal, T van der Meulen