Tussen 2016 en 2022 publiceerde Pieter Meulendijks vier studies over Vietnam, waarin steeds de beeldvorming van de geschiedenis van dit land centraal stond, als laatste Een beeld in technicolor. Vijftig jaar oorlogen in Vietnam 1940-1990.
In dit nieuwe boek is het thema opnieuw de beeldvorming van het verleden. De auteur stelt zich de vraag of historici, (delen van) de pers en het brede publiek op dit moment niet te veel bezig zijn met het zoeken van het geschikte verleden bij een door hen gewenst heden of een gedroomde toekomst. Wat blijft er bij zo’n pragmatische kijk op het verleden nog over van het historische verleden, in hoeverre doen wij de mensen uit het verleden nog recht en is er dan nog ruimte voor een open en possibilistische kijk op de toekomst? Is dat overigens niet iets van alle tijden, vraagt de auteur zich af.
Hij onderzoekt de beeldvorming aan de hand van een aantal thema’s uit de oudheid (misogynie, homoseksualiteit, mensenrechten, de waardering van Romeinse keizers, de vermeende oorsprong van de Griekse cultuur in Afrika en de Britse vorstin Boudica), de middeleeuwen (de discussie over de overgang van het West-Romeinse Rijk naar afzonderlijke koninkrijken en de vergelijkingen met onze eigen tijd die hiermee verband houden én de wijze waarop een vertekend beeld van de middeleeuwen voor allerlei doeleinden wordt gebruikt), de nieuwe geschiedenis (de waardering van Machiavelli, slavenhandel en slavernij) en de recente geschiedenis (de kolonisatie en dekolonisatie van Nederlands-Indië/Indonesië).
De auteur plaatst steeds het in zijn ogen meest waarheidsgetrouwe en zo objectief mogelijke perspectief, waarover in grote lijnen consensus bestaat onder historici, (‘een intersubjectief beeld’) naast subjectieve invloeden (bijv. ideologisch bepaalde opvattingen en persoonlijke of politieke voorkeuren) die de kijk op het verleden vertekenen. Hij vraagt zich af wat dit betekent voor het historisch bewustzijn. Zijn conclusie is dat dit onder druk staat en dat de historicus de opdracht heeft dit bewustzijn te bevorderen, onder andere door een genuanceerd, pluriform en possibilistisch beeld van het verleden te schetsen, het verleden niet met de normen en waarden van onze eigen tijd te beoordelen en de spiegelende betekenis van geschiedkennis duidelijk te maken.