Vlaams-Brabant, 1972. Florentine vervult haar rol als moeder en huisvrouw met een dwangmatige toewijding. Ook wanneer er niemand meer is om voor te zorgen buiten zichzelf en haar man, François.
Binnen de muren van hun bel-etage heerst een beladen stilte. Er staan twee kinderkamers leeg, en in de privacy van haar badkamer verstopt Florentine zich elke dag achter een dikke laag maquillage.
Hoe kan Florentine nog vrouw zijn, als ze geen moeder meer is?
En wat blijft er van haar over wanneer ze alles verliest wat haar eigenwaarde voedde? Wanneer Florentine op een nacht verdwijnt, tast François in het duister van hun gedeeld verdriet.
'Florentine' vergroot de beladenheid van het alledaagse, waar mensen manieren zoeken om om te gaan met een bijna ondraaglijk verlies.