In de 17de eeuw voer elk jaar een team van commissarissen van de Gelderse Rekenkamer uit Arnhem de Rijn af om de rivier en de oevers te inspecteren. Hun opdracht was om zandbanken aan te winnen voor het Hof van Gelre. Het verpachten van dat extra land leverde geld op voor de schatkist. Daartoe had men in 1603 het Gelders Waterrecht opgesteld waarin het eigendomsrecht van zandbanken staat omschreven.
De verslagen van deze tochten geven inzicht in de kennis van toen. Landmeters Bernard Kempinck en Isaac van Geelkercken maakten onderweg kaartjes. We bekijken ook andere kaarten van bijvoorbeeld Nicolaes van Geelkercken. Enkele zijn niet meer dan een zandplaat in de rivier met een boom of hooiberg ter oriƫntering. Toch is het gelukt de kaartjes te lokaliseren. Isaac van Geelkercken heeft ook een kaartboek en een 10-meter lange overzichtskaart van de Rijn gemaakt en ook die bekijken we.
De Rijn droogde in de 17de eeuw op en er kwam steeds meer zand boven water. In de loop van de eeuw verandert de blik: waren de heren in het begin van de eeuw blij met elke zandbank, later ziet men dat de bevaarbaarheid een serieus probleem werd en slaat het beleid om.