Epicurus van Samos (341 - 270 v. Chr.), een Griekse filosoof, stichtte de filosofische school van het epicurisme. Hij streefde naar ‘geluk’ als het hoogste goed in het leven. Epicurus geloofde dat dit bereikt kon worden door het vermijden van pijn en het zoeken naar plezier, maar niet op een losbandige manier. Hij benadrukte de noodzaak van vrijheid van zorgen en angst en van bijgelovigheid. Volgens Epicurus maakte het hunkeren naar onder andere materiële rijkdom en sociale status mensen vaak ongelukkig. Men diende tevreden te zijn met wat nodig was voor het dagelijks bestaan. Vriendschap speelde hierbij een belangrijke rol. Zijn gedachtegoed resoneert nog steeds in onze hedendaagse, laatmoderne consumptiemaatschappij met diens vele prikkels en afleidingen, waar (onmiddellijke) behoeftebevrediging een belangrijke plaats inneemt en tegelijkertijd bewuste consumptie en minimalisme populair lijken te zijn geworden. Zijn teksten zijn dan ook nu nog zeker het lezen waard. Deze nieuwe vertaling van de brief van Epicurus aan Menoikeus en van zijn kernvoorschriften doet recht aan het contemplatieve karakter van deze teksten en wordt voorafgegaan door een kort en informatief voorwoord.