Amsterdam, 1989. Gabrielle is nog geen 23 jaar oud als ze kennismaakt met een groep Senegalese immigranten en een parallel universum wordt ingezogen. De muziek, het eten, de geuren en kleuren lijken in niets op wat ze kent vanuit het liefdevolle, maar beschermende katholieke milieu waarin ze is opgegroeid. Gabrielle valt als een blok voor de charmante percussionist Modou. Ze trouwen en krijgen twee kinderen. Langzaam maar zeker verandert het opwindende avontuur in een conflictueuze situatie. De band valt uit elkaar, het huwelijk strandt en Gabrielle bant Senegal uit haar leven.
Vijftien jaar na de scheiding wordt Modou ongeneeslijk ziek. Om haar kinderen te ontlasten besluit Gabrielle de zorg voor hun vader op zich te nemen. Dan blijkt ze meer verbonden te zijn met het land van haar ex-man dan ze dacht.