Honderd jaar geleden trokken in onze Lage Landen veel mensen voor hun beroep nog lopend door het landschap: aardmakers, baggelaars, houtvesters, landmeters, mollenvangers, rooimeesters, slooters, waterklerken en zodensnijders. Zij stonden in een nauwe verhouding tot het landschap, kenden het als hun broekzak en waren in staat het op hun eigen manier te lezen als een boek. Mechanisatie, voortschrijdende technieken en de komst van de auto maakten veel lopend werk overbodig.
Inmiddels zijn de meeste van deze ‘werkwandelaars’ verdwenen. Wandelen tijdens je werk is bijna een luxe geworden. De helft van werkend Nederland heeft een zittend beroep. Daarmee is echter ook veel vanzelfsprekende kennis over ons landschap verloren gegaan. Tegelijk heeft onze moderne tijd ook weer nieuwe werkwandelaars voortgebracht. Voor routemakers, wandelcoaches, plandelmannen en landschapslezers is wandelen een vast onderdeel van hun werkdag. Schrijverwandelaar Wim Huijser ging samen met fotograaf Andrea Gulickx met ze op pad en voerde gesprekken over hun ‘loopbaan’ en kijk op het landschap.