Op één september van het jaar waarin de ruimtesondes Voyager-1 en
Voyager-2 worden gelanceerd om de uithoeken van ons zonnestelsel te onderzoeken, stappen de negentienjarige Ben Bosch en zijn drieënvijftigjarige vader op een Boeing 737 met bestemming Frankfurt. Pa Bosch, een Vlaamse kersenbierbrouwer uit het Pajottenland, wil met zijn zoon, eerstejaars rechten, op drie weken tijd de wereld rond reizen met als etappes Caïro, Bombay, Jakarta, Sydney, Manila, Tokio en Anchorage. Ben schrijft intussen naar twee onmogelijke liefdes : de Franse Aurore en de Nederlandse Joyce, maar wordt ten slotte in Sydney ontmaagd door de Chinese Jip Wai Han.