Prinses Marianne (1810-1883) bezat niet alleen drie buitenplaatsen in
Voorburg, maar eveneens diverse bezittingen in het huidige Duitsland, Polen
en Tsjecho-Slowakije. In 1849 ondernam zij een bijzondere reis naar het
Heilige Land, met een klein gezelschap onder leiding van dominee Van
Senden. Aan de hand van de brieven die Van Senden zond aan zijn familie en
vrienden thuis, is het mogelijk licht te werpen op deze pelgrimsreis en de
vorstelijke reizigster. Op reis met Prinses Marianne beschrijft deze bijzondere
reis en is rijk geïllustreerd met afbeeldingen uit negentiende-eeuwse boeken
over Palestina. Bovendien is er aandacht voor de souvenirs die dominee van
Senden van zijn vorstelijke reisgenote ontving, die tegenwoordig onderdeel
uitmaken van de collectie van Paleis Het Loo.