De een koopt op veilingen, de ander op boekenmarkten, in obscure
zaakjes en kringloopwinkels. De een heeft een overzichtelijke collectie
antieke boeken, bescheiden maar perfect, met smetteloze achttiendeen
negentiende-eeuwse banden, compleet met platen en uitslaande
landkaarten. De ander heeft een enorme verzameling uit vooral de
negentiende eeuw: op het eerste gezicht indrukwekkend maar bij nadere
beschouwing gehavend, met verschoten of zelfs ontbrekende ruggen.
Toch is hun drijfveer dezelfde. ‘Mesjogge bezitsdrang’, zoals een
beroemde Amsterdamse antiquaar het treffend noemde: ze willen hun
kasten met oude boeken vullen, waarbij elke nieuwe aanwinst de honger
naar meer alleen maar groter maakt.