Mogen leerlingen een hoofddoek of keppel dragen en/of bidden binnen het schoolterrein van een Vlaamse openbare (lees: officiële) school? Zijn er naast vegetarische ook halal-maaltijden toegelaten?
Het ‘accommoderen’ van levensbeschouwelijke diversiteit in het onderwijs is een zeer belangrijke uitdaging in de hedendaagse hyperdiverse samenleving. Het Vlaams officieel onderwijs moet hierbij rekening houden met begrippen als ‘neutraliteit’, ‘pluralisme’, ‘actief pluralisme’ en ‘actief burgerschap’. Dit maakt de oefening er zeker niet gemakkelijker op. Onderzoek naar mogelijk heden, handvatten, grenzen en beperkingen betreffende het accommoderen van levensbeschouwelijke diversiteit is dan ook van groot belang.
Inhoud geven aan levensbeschouwelijke diversiteit via het Vlaams officieel onderwijs heeft implicaties voor theorie, praktijk en beleid. Allereerst maakt het onderzoekers bewust van het feit dat de invulling van de grondwettelijke beginselen die voor het realiseren van ‘levensbeschouwelijke accommodatie’ belangrijk zijn (zoals het ‘neutraliteitsbeginsel’), concreet vorm krijgt in de dagelijkse praktijk. In de praktijk kan de grote inzet van leraren en directies tot een betere aanpak van levensbeschouwelijke accommodatie leiden. Dat is mogelijk als hieraan op een georganiseerde manier, van onderuit (bottom-up), actief wordt gewerkt. Er zijn dringend centrale beleidsinitiatieven nodig, uitgaande van politieke beleidsmakers en inrichtende machten (lees: schoolbesturen), die deze bottom-upvernieuwing organisatorisch en inhoudelijk faciliteren. Daarbij dient het beleid zo weinig mogelijk zelf (top‑down) regels op te leggen.
De auteur laat op overtuigende wijze het belang van empirisch onderzoek (onder meer bestaande uit een meervoudige gevalstudie met observaties in de betrokken Gentse officiële scholen) zien. Daarnaast biedt ze theoretische, beleidsmatige en praktische instrumenten aan op basis waarvan tot een positieve en breed gedragen aanpak van levensbeschouwelijke accommodatie gekomen kan worden.