Diversiteit. Dat is zonder meer een kenmerkende eigenschap van Adrie Krijgsman. Een diversiteit die in zijn beeldende werk en dus ook in dit boek alom aanwezig is .
Gedurende zijn hele kunstcarrière heeft hij meestal in series gewerkt. Typerend voor dat seriële werken is de spreuk die hij vaak hanteert: waar je goed in bent moet je kunnen loslaten. Wanneer je blijft doorgaan met iets wat je voldoende onder de knie hebt verval je al snel in herhaling. En het leven is in Krijgsman zijn ogen te kort en te interessant om in herhaling te blijven hangen. Een onderzoekende houding, zoals die ook in dit oeuvreoverzicht duidelijk naar voren komt.
Van beeldende kunst-‘productie’ is hij na de eeuwwisseling overgestapt naar kunst-‘organisatie’ (bij kunstenaarsinitiatief DeFKa in Assen). Hoewel hij bij vlagen nog wel beeldend werk maakt is hij zich steeds meer gaan richten op het schrijven van boeken, vooral poëzie. Het was geen desperate stap vanwege een painter’s block, maar was een mede door praktische omstandigheden ingegeven, bewuste keuze. Een verandering zoals hij er al vele had doorlopen, onder het al eerder genoemde adagium: waar je goed in bent moet je kunnen loslaten.