Morgen komt de President; dit betekent het einde van de eeuwigheid. Het grauw roert zich moordend en brullend in de straten. Van rijkswege is men verplicht een feestneus te dragen; wie in gebreke blijft wordt voorgeleid aan de feestcommissie en moet een kunstje doen. In zijn hoedanigheid van feestcommissaris wreekt Jansen zich op het lot door te klappen voor geen enkel kunstje en daarmee de kandidaten stuk voor stuk tot de zeis te veroordelen. Dan verschijnt Cecilia, zijn doodgewaande geliefde.