Het alledaagse leven vormt de grote fascinatie van historicus Gerard Trienekens. In de hoedanigheid van schooljongen, gymnasiast, klusjesman, priesterstudent, reisleider, leraar, academisch onderzoeker, koorzanger, welzijnsbestuurder en hobbyboer verzamelde hij een leven lang verhalen over de meest uiteenlopende thema’s zoals: het dorpsleven, de opkomst van het massatoerisme, seksuele voorlichting door de pastoor, immorele ‘lieden van stand’, de oorlog, en het koningshuis in Soest.
Doorspekt van de nodige humor en zelfspot geeft dit boek allereerst een inkijkje in het levensverhaal van Gerard zelf, volgens eigen zeggen een ‘schier contente mens’. Gedurende de 50 vertellingen in het tweede deel wordt de lezer deelgenoot gemaakt van inspirerende maar soms ook bizarre, wellicht ook confronterende ervaringen, alle gezien door de observerende ogen van de ijsvogel.