Als we aan scheepswerf “De Schelde” in Vlissingen denken zien we voor ons grote marineschepen
en passagiersschepen die op indrukwekkende manier van de helling lopen. Het zal buiten Zeeland maar bij weinig mensen bekend zijn dat de stad Vlissingen in het begin van de vorige eeuw een belangrijke rol gespeeld heeft in de Nederlandse luchtvaartgeschiedenis. Dat begon al in 1911 tijdens de Vliegweek op het vliegpark Vlissingen, bij velen beter bekend als vliegveld Souburg.
Door de economische crisis in de jaren ’30 van de vorige eeuw moest scheepsbouwer De Schelde zijn activiteiten uitbreiden. Vliegtuigbouw bood een goed toekomstperspectief en daarom werd in 1935 de inboedel van de “Nederlandsche Fabriek van Vliegtuigen H. Pander & Zonen” overgenomen. Ook Panderconstructeur Theo Slot en zijn team kwamen in dienst van De Schelde. Men begon met het ontwerpen en bouwen van lichte sportvliegtuigen, zoals de “Scheldemusch” en de “Scheldemeeuw”, en later grotere vliegtuigen als de S-12, de vierpersoons
S-20 en het jachtvliegtuig S.21. Dan was er ook nog het vliegveld van Vlissingen, Souburg genaamd, waar de vliegtuigen werden ingevlogen en dat tijdens de oorlog een vliegbasis was van de Duitse Luftwaffe.
De fabriek in Vlissingen werd in de oorlog diverse keren gebombardeerd en de productie van Duitse vliegtuigonderdelen kon hier niet langer doorgaan. Nieuwe werkruimten werden gevonden in Dordrecht waar de vliegtuigbouw tot 1955 doorging. Een nauwe samenwerking met SAAB in Zweden zorgde ervoor dat De Schelde in Dordrecht voldoende kennis in huis had om in 1955 toe te treden tot het Fokker concern.
Pieter van Wijngaarden, auteur van diverse boeken op het gebied van historische luchtvaart, kijkt met dit boek terug naar de vliegtuigbouw in de fabrieken van Vlissingen en Dordrecht. Maar er wordt ook uitvoerig aandacht besteed aan de historie van vliegveld Souburg. Dit deel is het tweede boek in een serie over de Nederlandse vliegtuigindustrie. Het eerste boek kwam in december 2013 uit onder de titel “Aviolanda, herinneringen aan een bevlogen vliegtuigfabriek”.