Jos heeft vijf jaar fulltime voor de klas gestaan in een groep 8 op
een multiculturele basisschool als zij thuis komt te zitten met een
burn-out. Van haar oma krijgt ze het logboek dat haar overgrootvader
honderd jaar geleden heeft bijgehouden. Deze Jacob de
Venster was onderwijzer op een lagere school in een volksbuurt
in Haarlem. De beschouwingen van Jacob en de sessies die ze
heeft met een psycholoog inspireren Jos, maar zijn niet voldoende
om met succes te kunnen re-integreren op haar school.
Op advies van een oud-docent geeft zij zich op als vrijwilliger
voor Oerol. Op Terschelling komt ze los van alles en iedereen en
ontmoet zij veel mensen, waaronder de beeldend kunstenaar Jelle
op wie zij verliefd wordt. Eenmaal weer terug op school is het de
vraag of zij behouden blijft voor het basisonderwijs, waarin het
tekort aan leraren steeds groter wordt.
Astrid van Schoonacker-de Groot studeerde Nederlands en wiskunde,
volgde een universitaire lerarenopleiding en is sinds 1998
als pabodocent en coördinator Internationalisering verbonden
aan Hogeschool Leiden. Naast het
opleiden van leraren basisonderwijs
werkte zij o.a. mee aan onderwijsprojecten
in Oeganda, Ghana, Gambia
en Suriname. Eerder schreef zij mee
aan een handboek voor taaldidactiek
en aan een taalmethode voor het basisonderwijs.
‘Houd moed juf Jos!’ is
haar romandebuut..