Petrus De Man geniet als schilder en tekenaar faam voor de creatie van een bijzonder poëtisch universum met rauwe, geconstrueerde en vaak erg kleurige accenten. Kind-mannetjes, gevangenen van hun lot maar tevens bezeten van een drang naar vrijheid, zoeken een plaats binnen de beslotenheid van muren en betoverde tuinen, tussen melancholie en schalksheid, in een wereld gecreëerd op hun maat. Aarzelend tussen existentiële bokkensprongen en een soms versteende stilte, evolueert die wereld samen met het oeuvre, dat men kan beschouwen als een eeuwige bouwwerf.
Petrus De Man was ooit leerling van kunstenaar Dan Van Severen en heeft ondertussen talloze tentoonstellingen achter de rug. In een diepgaand interview met Ory Dessau vertelt hij het verhaal van zijn leven, dat de kern van dit boek uitmaakt. Daarnaast nemen ook andere auteurs het woord en vertellen over hun kijk op het werk. Maar ook het beeld eist zijn rechten op en vertelt een uitgebreid en doorwrocht discours. Het boek is zijn intrigerende titel verschuldigd aan het Engelse woord ajar – op een kier, halfopen – en onthult daadwerkelijk de bronnen van het oeuvre en van de totstandkoming ervan.
Het boek Ajar is het eerste monografische volume over het grafisch werk van kunstenaar Petrus De Man. Het boek werd gemaakt in nauwe samenwerking met de kunstenaar en focust op een periode van de laatste dertig jaar.