Het werk van Moens is noch formeel, noch figuratief. Het loochent het onderscheid tussen zuiver abstracte schilderkunst
en een schilderkunst die betekenisvolle elementen incorporeert, zoals woorden of beelden. In plaats daarvan experimenteert het met soorten verf, oppervlakken en tekens, waarmee ambigue verschijningen en ruimtes tot stand komen die tegelijk factisch en illusoir zijn.
Het werk van Moens is niet enkel een reflectie over en een respons op de fysieke randvoorwaarden opgedrongen door
zijn schilderijen. Het is inderdaad een innerlijke verkenning, maar het werk is ook naar buiten gericht en verkent de consequenties van het creëren van een object, een verhandelbaar ding in de laatkapitalistische maatschappij, voor de verzadigde kunstmarkt, voor massaproductie en -consumptie. Het komt niet als een verrassing dat Moens’ heen en weer
slingeren tussen het in- en uitwendige van zijn kunstpraktijk, tussen het in- en uitwendige van de schilderkunst, ook opduikt in zijn niet-schilderkundig werk, met name in de machines/kinetische mechanieken die hij in recente jaren creëerde. Deze werken brengen de vroege site-specifieke installaties in herinnering, maar ze vormen ook een sleutel tot en een metafoor voor Moens’ schilderkunstig project.
Eccstatic toont meer dan 200 werken uit het oeuvre van Rik Moens van 1991 tot 2021, aangevuld met installatie-beelden
en essays van Ory Dessau en Thibaut Verhoeven.