De achttiende eeuw was een eeuw van dromers, denkers en paradijsvogels. Zonder hen zouden wij nu niet leven in een democratie met vrijheid van meningsuiting en mensenrechten. Voor deze en andere verworvenheden werd gestreden tijdens de Verlichting, een uitzonderlijke periode die een moderner Nederland inluidde.
Revolutionaire mannen grepen naar de wapens om zich te bevrijden van de stadhouder en van corrupte regenten. Nederland balanceerde op de rand van een burgeroorlog en toen in 1795 de Nederlandse Revolutie uitbrak, vluchtte de stadhouder naar Engeland en koos het land definitief voor meer empathie, vrijheid, gelijkheid en democratie.
Wat deed de Pruisische koning Frederik de Grote in een trekschuit op de Vecht en waarom schaatste de flamboyante Italiaanse verleider Casanova op de Amstel? Waarom droegen mannen pruiken en publiceerde de Gelderse baron Joan Derck van der Capellen het radicale Aan het volk van Nederland?
Met grote kennis van zaken duikt Marleen de Vries in Verlicht en vilein in de levens van strijdlustige, veelal vergeten achttiende-eeuwers. Ze beschrijft uiterst toegankelijk hoe een nieuw medialandschap ontstond en hoe de kapitalistische moerasdelta een iets beschaafder land werd, met aandacht voor wat ‘cultuur’ zou gaan heten. Voor wie dacht dat deze periode saai was: welkom in de achttiende eeuw.