Shell kent de wegen naar de hoogste kringen én de sluiproutes
door de politieke moerassen van de wereld. De olie- en gasgigant opereert in zeventig landen. Lang niet
alle zijn democratische rechtsstaten: Shell – tot voor kort Royal Dutch Shell - heeft dagelijks te maken met zwakke of autocratische overheden, misdaad en corruptie, maatschappelijke onrust, oorlog en terrorisme.
Hoe manoeuvreert ze daar doorheen?
De befaamde onderzoeksjournalist Marcel Metze volgde Shell een
kwart eeuw lang. Met een team researchers groef hij in archieven,
bemachtigde hij interne documenten, en sprak hij (oud-)medewerkers
op alle niveaus. Het resultaat is een fascinerende duik onder de
motorkap: de eerste politieke biografie van Shell. Metze laat zien hoe het concern zich sinds haar start in 1890 als een kameleon steeds weer aanpast aan de veranderende geopolitieke
en maatschappelijke werkelijkheid.
Onder de vleugels van de koloniale
en politieke grootmachten verwierf het eerst een toppositie in
de internationale olie-industrie. Na de dekolonisatie en de machtsgreep
van OPEC begon het kritiek te krijgen van de milieu- en mensenrechtenbeweging.
In reactie daarop ontwikkelde het een breed scala aan zichtbare én minder zichtbare gereedschappen – inclusief geheime interne communicatieroutes en een eigen inlichtingen- en veiligheidsdienst.
Zal deze gewiekste speler ook de transitie naar duurzame energie
weten te doorstaan? Aan haar politieke vaardigheden zal het niet liggen, zo wordt duidelijk in dit boek, dat leest als een geheime geschiedenis van de afgelopen anderhalve eeuw.