De psychoanalyse heeft vanaf haar begintijd vele vernieuwers gekend, die onbekende paden hebben bewandeld, grenzen hebben verlegd en naar nieuwe toepassingen hebben gezocht van het psychoanalytische gedachtegoed. In dit boek wordt in vogelvlucht het interessante landschap van deze geschiedenis belicht. Een rode draad hierin is de fascinerende rol die het lichaam speelt in de psychotherapeutische behandeling. Terwijl de psychoanalyse ten tijde van Freud daar veel aandacht voor heeft, is die interesse geleidelijk meer op de achtergrond geraakt. In de laatste decennia echter is die aandacht in de behandeling van trauma en onverklaarde lichamelijke klachten weer opgeleefd.
De eerste twee bijdragen beschrijven de ontwikkeling van de diverse psychoanalytische behandelvormen en de rol van het lichaam in de psychoanalyse. Na een intermezzo van psychoanalyticus en internationaal bestsellerauteur Stephen Grosz over het schrijven van casuïstiek volgen drie hoofdstukken over de klinische praktijk, waarin boeiende gevalsbeschrijvingen vanuit verschillende behandelkaders worden gepresenteerd.
Willem Heuves is doctor in de psychologie, psychotherapeut, psychoanalyticus voor volwassenen, jeugdigen en kinderen. Hij is opleider en supervisor bij de NPaV – Nederlandse Psychoanalytische Vereniging en de NVPP – Nederlandse Vereniging voor Psychoanalytische Psychotherapie en voert een eigen praktijk in Diemen. Ook doceerde hij aan de Universiteit Leiden.
Met bijdragen van Thijs de Wolf,