Dit handboek is gewijd aan een beschrijving van het advocatengedragsrecht in Nederland. Het gaat daarbij niet om een jurisprudentieoverzicht. Dat is noodzakelijk incidenteel; de tuchtrechter beperkt zich tot de vraag die aan hem wordt voorgelegd. In het onderhavige werk wordt het verhaal achter die uitspraken zichtbaar gemaakt. Het verhaal dat vertelt welk gedrag de behoorlijke advocaat betaamt en welk gedrag bijgevolg niet behoorlijk is. Uniek hierbij is dat de auteur daarbij ook onderwerpen behandelt die niet in het gepubliceerde tuchtrecht aan de orde gekomen zijn.
Deze geheel geactualiseerde uitgave geeft daarmee een handreiking aan hen die met de uitoefening van het tuchtrecht bezig zijn: tuchtrechters, Dekens en leden van de raden van de orde. Uiteraard heeft – niet in de laatste plaats – ook de advocaat baat bij deze uitgave. De moderne praktijk kent immers zoveel facetten en doet de beoefenaar ervan in aanraking komen met zoveel en zo verschillende dilemma’s, dat een gids ter zake bijna een noodzaak is.
Prof. mr. F.A.W. Bannier heeft ruime ervaring met het tuchtrecht als voormalig Deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten en als bijzonder hoogleraar Advocatuur (Universiteit van Amsterdam). In beide functies was hij met grote regelmaat betrokken bij tuchtrechtelijke kwesties.