Nakomers groeien op in een gezin dat al compleet is. Daardoor nemen ze van meet af aan een bijzondere plek in. Mensen die er zelf geen ervaring mee hebben, fantaseren over deze plek als ‘heel mooi’ of juist ‘heel lastig’. De auteurs – zelf nakomer en in het dagelijks leven coach, therapeut en trainer – deden onderzoek en legden de verhalen van nakomers vast voor een breed lezerspubliek. De levensverhalen worden geplaatst in een theoretisch kader van Transactionele Analyse en systemisch werken.
Als nakomer mis je een groot deel van de familiegeschiedenis. In dit boek vertellen nakomers over de specifieke thema’s die hen ten diepste raken. Wat voor veel kinderen gewoon is, namelijk ‘er zijn en erbij horen’, is voor nakomers niet vanzelfsprekend. Ze hebben vaak een eenzame plek. Ze vertellen hoe ze of te klein of te groot moesten zijn: hoe ze buiten beslissingen gehouden werden of hoe ze op te jonge leeftijd betrokken werden bij volwassenenzaken.
Dit boek, met een voorwoord van Wibe Veenbaas van Phoenix Opleidingen, maakt glashelder wat het betekent om nakomer te zijn. En tegelijkertijd werpt het nieuw licht op de plaats van de andere kinderen in een gezin. Daarmee is het zowel interessant voor wie om persoonlijke redenen belangstelling heeft voor dit onderwerp als voor wie zich er beroepshalve in wil verdiepen.