Een begeesterende man, onvoorstelbaar ondernemend, altijd op zoek naar nieuwe uitdagingen. Toegerust met een oerdrift om uit te zoeken hoe iets werkte en liefst ook kon worden verbeterd. Dat gold niet alleen voor zijn veterinaire vakgebied, maar voor alles wat op zijn levenspad kwam. Van Bonairiaanse balandra’s tot gekrompen indianenschedels uit Zuid-Amerika. Van inventarisatie van visstanden rondom de eilanden tot het veredelen van de geitenstand. Van restauratiebouw tot politiek. Met als belangrijkste levensthema zijn hartstochtelijke liefde voor de mens en het dier van de Antillen.
Max Diemont werd in 1905 geboren in Nederlands-Indië, als zoon van een KNIL-officier. De ervaringen in zijn jeugd waren bepalend voor Max’ levenslange voorliefde voor het pure tropische buitenleven en interesses voor andere beschavingen. Max vertrok na zijn eerste drie jaren middelbare school naar Nederland. Na zijn eindexamen studeerde hij in 1934 in Utrecht af als veearts. Toen hij zijn diensttijd bij de cavalerie had vervuld, bleek het in deze crisisjaren moeilijk om aan de slag te komen. Een aantal jaren voorzag hij in zijn onderhoud door het waarnemen van dierenartspraktijken, tot hij in 1938 naar Curaçao vertrok. Hij bleef er de rest van zijn leven.
Dit boek heeft niet de pretentie een biografie te zijn van Max Diemont. De opzet was een goed onderbouwd tijdsbeeld van 1938 – 1973 te schetsen, waarin Max op de Antillen leefde. Veel aandacht is er in dit boek ook voor Diemonts restauratie van het landhuis Jan Kock.
Een kleurrijk verhaal waarin een boeiend tijdsgewricht van de Curaҁaose samenleving op aansprekende wijze wordt beschreven.