Na de geboorte van mijn zoon eind 2014 zakte ik als een kaartenhuis in elkaar. Ik was op. Dat waarvoor ik eindeloos van jongs af aan gestreden had, een normaal en gelukkig bestaan, was met zijn komst compleet. Hoewel dit een tijd van gelukzaligheid zou moeten zijn, liep dit voor mij anders. Het was alsof het beest dat vroegkinderlijke traumatisering heet dit moment geduldig had afgewacht. Het golfde en kolkte als een stortvloed over me heen.
In 2015 kreeg ik de diagnose Complexe Posttraumatische Stress. In de klinische materie stond keurig beschreven wat er allemaal afwijkend was aan mij, maar ook in confronterende zin wat daar de onherroepelijke oorzaak van was.
De diagnose CPTSS bracht fundamentele gewaarwordingen: ik had dit niet zelf veroorzaakt en ik had hier niet om gevraagd. Misschien nog wel het belangrijkst: er was niks mis met míj. Er was iets ernstig mis met het huis en de mensen waar ik was grootgebracht. Al mijn dagelijkse interne worstelingen waren ineens volkomen verklaarbaar en een logisch gevolg van een jeugd gekenmerkt door angst, schaamte en eenzaamheid. Van misbruik, geweld en manipulatie.
Mijn wereld stond op zijn kop. De vragen stapelden zich op en er strekte zich een lange weg aan herstel voor me uit. In dit boek vertel ik over mijn verleden en mijn ingewikkelde doch vastberaden missie naar een beter leven. Maar ik heb dit boek zeker niet voor mijzelf geschreven:
Ik schreef dit voor jou. Jij die je herkent in mijn verhaal. Jij die nog lijdt onder de gevolgen van een leven waar je niet om gevraagd hebt. Jij die na tien keer vallen een elfde keer opstaat. Je bent niet alleen. Dit is voor jou.