Kinderen met een beperking willen hetzelfde als alle andere kinderen: leren, spelen, sporten,
plezier hebben met vrienden, onafhankelijk zijn en deel uitmaken van de samenleving.
Ontwikkelingsproblemen worden al snel gelinkt aan de kindertijd, maar de gevolgen lopen vaak
verder in de adolescentie en volwassenheid. De nood aan ondersteuning blijft dan ook bestaan.
Ergotherapie en ontwikkelingsproblemen. Basisboek voor kwaliteitsvolle hulpverlening vertrekt
vanuit het Person Environment Occupation-model. De nadruk ligt op de mogelijkheden van personen
met ontwikkelingsproblemen en het creëren van kansen om die mogelijkheden te benutten.
Ondersteuning op maat, cliënt- en contextgerichtheid zijn ingrediënten voor een maximale fit
tussen de persoon, zijn omgeving en de activiteiten, met maximale participatie als ultieme doel.
Dit boek vertrekt vanuit handelingsproblemen binnen verschillende levensdomeinen en legt in
casusvoorbeelden de link met problematieken en diagnoses. Zo krijgt de ergotherapeut een basis
om de dagelijkse praktijk te onderbouwen en kennis te delen met collega’s.
De auteurs hebben dit boek verrijkt met duiding, extra informatie, casussen en oefeningen in de
digitale leeromgeving Sofia. Je vindt er ook referentiefiches van de ontwikkelingsproblemen.
Ergotherapie en ontwikkelingsproblemen is het resultaat van een constructieve samenwerking
tussen de hogescholen, het werkveld en de beroepsvereniging. Het maakt deel
uit van de ergotherapie-reeks, samen met Ergotherapie in de gerontologie (L. De Coninck,
2013), Ergotherapie in de geriatrie (K. Geenen, 2018) en Ergotherapie in de fysieke revalidatie
(A. Dejager, L. Debackere, G. Steyaert, 2018).
Jo Daems (red.) werkt sinds 1997 als docente ergotherapie en als onderzoekster aan de
Thomas More Hogeschool in Geel. Zij werkte van 1982 tot 1998 achtereenvolgens bij volwassenen
met een verstandelijke beperking en jongeren met een autismespectrumstoornis.
Anne-Marie Denolf (red.) werkt sinds 1999 als docente ergotherapie aan de Katholieke
Hogeschool VIVES in Brugge. Zij was van 1983 tot 2005 achtereenvolgens tewerkgesteld in
een MPI en in een voorziening voor mensen met een hoge ondersteuningsnood.