De ziekte van Dupuytren, een fietsongeval waarbij op gruwelijke wijze een duimnagel loskomt en een heuse hersenbloeding: de auteur heeft het allemaal aan den lijve ondervonden. Achteraf kan hij erom lachen en de lezer dus ook. Onbedaarlijk zelfs. En het blijft niet bij lichamelijk ongemak. Onze held slaagt er bijna in op de Vlaamse snelweg te verongelukken, hij gaat de confrontatie aan met monteurs en helpdesks en belandt met merkwaardige gevolgen in supermarkten. Tevens wordt Harry Mulisch geattendeerd op de fouten in zijn romans en wordt er ontroerend stilgestaan bij dierbare mensen en dieren die op natuurlijke wijze of anderszins het leven lieten.
Na zich eerder als romancier en columnist te hebben gemanifesteerd toont Martin de Jong zich in deze bundel vooral een begenadigd schrijver van korte komische verhalen, een eeuwenoud genre dat lange tijd met vergetelheid bedreigd werd.
"De non-conformistische auteur beheerst alle registers van de humor: absurdisme, ironie, satire, verbale slapstick, intelligent zeuren" (NBD Biblion)
"Zijn stijl werd vergeleken met Gerard Reve en Ronald Giphart. Maar eigenlijk heeft De Jong nog het beste de kunst afgekeken van Remco Campert" (7Days)