Aan het begin van de twaalfde eeuw beginnen Heloïse en Abelard een heftige en berucht geworden verhouding. Zij is een ontwikkelde vrouw uit Parijs, hij de beroemdste filosoof van zijn tijd. Na de rampzalige afloop van hun affaire komen beiden in een klooster terecht, waar ze ruim twaalf jaar later op de geschiedenis terugblikken in een aangrijpende reeks brieven. Heloïse doet een emotioneel appel op Abelard, maar wanneer dat zinloos blijkt legt ze zichzelf het zwijgen op en verschuift ze de aandacht. De brieven monden uit in een kwetsbare zoektocht naar betekenis en troost in het leven in een klooster, waarin de stilte die Heloïse heeft laten vallen blijft nagalmen. Is troost op afstand wel mogelijk?
De brieven, waarin het persoonlijke en het intellectuele door elkaar lopen, vormen een van de absolute hoogtepunten in de Middeleeuwse literatuur. De psychologische complexiteit, open vragen en schrijnende contrasten tussen de twee personages maken dat dit unieke document nog steeds verbazingwekkend hedendaags aandoet.