De vraag naar het ontstaan van de wereld heeft de mensheid altijd al beziggehouden. Dit boek geeft een overzicht van de wijze waarop vroegchristelijke denkers in de eerste vijf eeuwen van onze jaartelling met het scheppingsverhaal zijn omgegaan.
Voortbordurend op de inzichten van de oude natuurfilosofen, Plato en Philo, komt in dit boek een breed palet aan christelijke denkers en verklaringen voorbij, waarbij zowel geprobeerd is het scheppingsverhaal letterlijk als allegorisch uit te leggen. We zien bij de behandelde denkers veel overeenkomsten, maar ook verschillen, waarbij het verschil tussen het traditionele christendom en de gnostiek het meest uitgesproken is. Daarbij komen we geregeld thema’s tegen die verrassend actueel zijn.