Aan het begin van de jaartelling leefde in Alexandrië de joodse exegeet en filosoof Philo. Het was zijn levenstaak om de heilige boeken van de joden, met name de Torah, uit te leggen. Hij interpreteerde de boeken van Mozes op een filosofische manier en las ze met een platoonse bril. Zijn platoonse blik is ook duidelijk aanwezig in het hier vertaalde werk 'De schepping van de wereld', waarin hij de eerste drie hoofdstukken van Genesis uitlegt.
Aspecten van Philo’s exegese zijn door christelijke theologen overgenomen. Ambrosius, de vierde-eeuwse bisschop van Milaan neemt in een brief over de schepping van de mens aspecten van Philo over. Een vertaling van deze brief is als appendix opgenomen. Hieruit blijkt duidelijk de grote invloed die Philo’s geschrift over de schepping van de wereld heeft gehad. Dit belangrijke werk is nu voor het eerst in het Nederlands vertaald.