Ver weg van het strijdgewoel bij onze Zuiderburen en de drukten van West- en Zuid-Nederland zou het qua oppervlakte grote, maar met slechts 350.000 inwoners kleine Overijssel tijdens de Eerste Wereldoorlog een oase van rust moeten zijn geweest. Het tegendeel is waar. Vanzelfsprekend gebeurde ook in Overijssel alles wat de rest van het neutrale Nederland overkwam: mobilisatie, inkwartiering, opvang van Belgische en Franse vluchtelingen, schaarste en distributie van voedsel en allerlei noodzakelijkheden. Een steeds grotere invloed van de overheid op het economisch leven, met eindeloze regels en voorschriften, was het gevolg. Daarnaast speelde er in Overijssel nog veel meer. Smokkel vierde hoogtij, aan de Zuiderzee had de provincie in 1916 te maken met grote overstromingen, Twente was een industriegebied in opkomst, de lange slecht bewaakte grensstrook met Duitsland had grote aantrekkingskracht op Duitse en Russische deserteurs. Na de oorlog fungeerde Enschede als doortrekplaats van vele duizenden uit Duitse gevangenschap terugkerende geallieerde militairen. De hevig woedende Spaanse griep, de corona van destijds, maakte er vele slachtoffers, wat blijkt uit een aantal verhalen in deze bundel. Dit is een uniek boek. Voor het eerst is, dankzij de medewerking van vele Overijsselse Historische Kringen, het enerverende dagelijks leven van die tijd bijeengebracht.