Onder president Donald Trump kwamen de Amerikaanse inlichtingendiensten weer in het nieuws. Vroeger was de CIA vooral doelwit van kritiek in de media, maar nu zijn diezelfde media vol lof over de CIA. Terwijl er eigenlijk niet veel veranderd is.
De CIA kende veel meer successen dan het grote publiek weet, maar er waren ook teleurstellingen en fouten. Zo duurde het na de aanslagen van 11 september 2001 maar liefst 10 jaar voordat Osama bin Laden kon worden uitgeschakeld. En bij ontvoeringen van terreurverdachten werden ernstige fouten gemaakt. Een zware tegenslag was het verraad door Aldrich Ames.
Anderzijds droeg de CIA bij aan de ondergang van het communisme in Polen door de hechte vriendschap tussen CIA-chef Bill Casey en de paus. Bovendien voorkwam de CIA meerdere grote aanslagen, zoals eentje die het Londense vliegveld Heathrow als doelwit had.
In dit boek worden ook geheime CIA-operaties tussen 1982 en 1997 voor het eerst beschreven. Zo werden er tijdens de burgeroorlog in Bosnië video-opnamen van de weg naar Sarajevo gemaakt. Tijdens de Koude Oorlog luisterde de CIA mogelijk in opdracht van Henry Kissinger een belangrijke Duitse politicus af. Die politicus bleek later met een hoge KGB-officier in verbinding te staan. In dit boek wordt de daarbij betrokken voormalige CIA-agent geciteerd.
De documenten daarover werden echter op bevel van president Jimmy Carter vernietigd. Onder Carter werd de CIA zó ernstig verzwakt dat men de val van de pro-Amerikaanse sjah van Iran niet zag aankomen.