Onder het goedkeurend oog van dictator Franco trokken duizenden Spaanse vrijwilligers naar het oostfront om de strijd aan te binden met het 'goddeloze bolsjewisme.' Zij kregen de zegen van de staat en de kerk. Het waren niet alleen uiterst rechtse Falangisten die gingen, maar ook republikeinen die tegen Franco hadden gevochten in de burgeroorlog en zich nu probeerden te 'rehabiliteren'. Het werd een dramatische geschiedenis, van strijd, winterse koude en onvoorstelbare verliezen. De Spanjaarden bouwden een reputatie op van harde vechters, maar ook zij konden het lot van Napoleon niet ontlopen.