Een van de grootste wiskundige doorbraken in de twintigste eeuw, over het fenomeen 'oneindigheid', vond plaats in Rusland. Ondanks een zware concurrentiestrijd van Franse wiskundigen die zich verwoed op rationele oplossingen richtten, lieten de Russen zich leiden door de inzichten van een mystieke, verboden sekte, de Naamaanbidders, en kwamen tot de theorie die tot op de dag van vandaag geldt.
'In de naam van oneindigheid' vertelt het onvoorstelbare verhaal over de politieke strijd, de psychologische crises, de mystiek inspiratie en ethische dilemma's waar Franse en Russische wiskundigen in de eerste helft van de twintigste eeuw mee te maken kregen in hun zoektocht naar een antwoord op een van de oudste wiskundige problemen: de aard van oneindigheid.