Het verschijnsel codificatie blijft Europa in zijn greep houden: nauwelijks is in Nederland een nieuwe codificatie van het privaatrecht verschenen, of er wordt al door het Europese parlement voorgesteld te werken aan een civielrechtelijke codificatie op Europees niveau. Dit ondanks het feit dat van verschillende zijden de zin van het neerleggen van het recht in wetboeken met exclusieve gelding sterk wordt betwijfeld. Is het niet realistischer de vervolmaking van het rechtover te laten gaan aan de rechter? Anderen zien daarentegen in de codificatie een bolwerk tegen rechterlijke willekeur en een bastion va nrechtszekerheid dat niet kan worden gemist.
Dit boek, dat is bedoeld als leerboek, knoopt aan bij deze vraag. Er is daartoe gekozen voor een thematische opzet: rondom het verschijnsel codificatie worden enige hoogtepunten uit de Europese codificatiegeschiedenis geschetst. De schrijvers hebben daarbij niet gestreefd naar een strak chronologische opbouw, maar veeleer een rechtsvergelijkende opzet tot uitgangspunt genomen: in afzonderlijke, op zichzelf staande hoofdstukken wordt de codificatiegeschiedenis van een aantal Europese landen (Italiƫ, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Zwitserland e.a.) behandeld. Zo kan de student zien dat steeds dezelfde bedoelingen (het streven naar politieke eenwording, rechtszekerheid, het bestrijden van rechterlijke willekeur etc.) terugkeren en dat deze worden bepaald door veelal steeds dezelfde historische gegevens (het ontstaan en het verval van het Heilige Roomse Rijk, de Verlichting, het conservatisme etc.). In een bijzonder hoofdstuk, dat is gewijd aan enige aspecten vande rechtsontwikkeling in Engeland, wordt uiteengezet hoe die doelen ook langs andere wegen dan door middel van een codificatie kunnen worden verwerkelijkt.