Dit boek handelt over het bijzonder strafrecht. Het heeft een tweeledige doelstelling. Enerzijds beoogt het te voorzien in een volledige, diepgravende behandeling van thema’s die te rekenen zijn tot het bijzonder strafrecht. Daarmee moet het handboek de rechtswetenschap en de rechtspraktijk tot dienst kunnen zijn. Anderzijds moet het boek ook bruikbaar zijn voor het onderwijs op het vlak van het bijzonder strafrecht.
Het handboek bestaat uit drie delen waarin de volgende onderwerpen aan bod komen. In het eerste deel staan begrippen uit het bijzonder strafrecht en de historische ontwikkeling van het bijzonder strafrecht centraal. Het tweede deel is gewijd aan de strafrechtelijke handhaving van het sociaal-economisch recht en het fiscaal recht, waarbij aandacht wordt besteed aan enkele commune delicten, de deelcodificaties van de Wet op de economische delicten en de Algemene wet inzake rijksbelastingen, en enkele delicten en wetten uit het economisch, fiscaal en financieel strafrecht. Het derde en laatste deel behandelt algemene leerstukken van bijzonder strafrecht, namelijk het legaliteitsbeginsel, de wederrechtelijkheid, subjectieve bestanddelen, sancties, toezicht, controle, opsporing, vervolging en berechting.
Voor deze tweede druk zijn alle hoofdstukken geactualiseerd en compleet herzien, en is een
nieuw hoofdstuk over witwassen in de plaats van het hoofdstuk over oplichting gekomen.