Dit rapport - uitgebracht in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van het Ministerie van Veiligheid en Justitie - heeft betrekking op de vragen of een wijziging van de inrichting van de tenlastelegging en een versoepeling van de huidige invulling van de grondslagleer mogelijk en wenselijk zijn. Daarbij is in het bijzonder onderzocht op welke manier de nadelen van de strikte interpretatie van de grondslagleer in Nederland kunnen worden weggenomen, zonder afbreuk te doen aan de informatie- en afbakeningsfunctie van de tenlastelegging en zonder het strafproces aanzienlijk te vertragen. Deze vragen zijn mede beantwoord aan de hand van de resultaten van een rechtsvergelijkend onderzoek. Het onderzoek laat zien dat rechters in België, Frankrijk, Italië en Duitsland weliswaar eveneens aan de grondslag van de tenlastelegging gebonden zijn, maar dat deze binding minder strikt is dan in Nederland. Onderzocht is op welke manier de rechter in de genoemde landen aan de tenlastelegging is gebonden en welke voor- en nadelen daarvan worden ervaren.