Na de plotse dood van de geliefde van kunstenaar en schrijver Josefien Cornette wordt de wereld bitter en guur. Er dwalen everzwijnen door haar huis, ingebeelde gesprekken klinken als een echo door de kamers, van littekens gemaakte nachtlampjes reflecteren een universum van pijn op de muren van een kinderkamer. Dit boek is een hartverscheurende liefdesbrief en een artistiek onderzoek naar het rouwen van en in een lichaam met een beperking. Wat zijn de gelijkenissen tussen de dood van een geliefde en leven met een handicap? Bestaat er iets als een gehandicapte intimiteit? Hoe overleef je het overlijden van een geliefde, als verlies, als wonde, als litteken?