Jaarlijks bezoeken honderdduizenden toeristen uit binnen- en buitenland het idyllische waterdorp Giethoorn. De vele bruggetjes over de grachten en de romantische boerderijen met vaak fraai aangelegde tuinen worden massaal bewonderd en gefotografeerd. De aantrekkingskracht gaat verder terug in de tijd. Al voor 1900 wisten kunstenaars de weg naar Giethoorn te vinden.
Eind negentiende eeuw was het unieke karakter van het dorp alleen bekend bij zijn bewoners en een enkele van elders komende kunstenaars Van toerisme was geen sprake. Giethoorn was slechts moeizaam over water bereikbaar en verder nagenoeg van de buitenwereld afgesloten.
Dankzij de tot de Haagse School behorende kunstenaars, onder wie Willem Bastiaan Tholen en Paul Joseph Constantin Gabriël, zijn wij bekend met het Giethoorn zoals het er toen uitzag. Vanaf het begin van de twintigste eeuw volgden de ‘modernen’ die in Giethoorn zochten naar vernieuwing. Later hebben lokale kunstenaars als Hendrik Broer en Piet Zwiers de sfeer van Giethoorn prachtig vastgelegd.