Veel mensen, vooral zij die me kennen, zullen hun wenkbrauwen fronsen bij het lezen van deze epistels. Ik word namelijk, zoals ze dat in de volksmond noemen, beschouwd als een rare kwast. Zelf vind ik het nogal meevallen, maar natuurlijk ben ik niet geheel objectief.
Deze stukjes zijn ontstaan tijdens het schilderen en dat gaat meestal gepaard met eenzaamheid. Dus is het niet zo vreemd dat mijn gedachten wel eens met mij aan de haal gaan. In eerste instantie ging ik er vanuit dat de door mij geschilderde onderwerpen stof tot schrijven gaven. Maar er waren meer factoren.
Op een gegeven moment constateerde ik dat ik vaak met een penseel in mijn mond zat. Ondanks dat ik al 15 jaar niet meer rook dacht ik, dat ik nog steeds te maken had met afkickverschijnselen. Plotseling zag ik echter het licht en drong het tot me door dat dit de oorzaak van mijn schrijfsels is.
Ook bekroop mij een gevoel van opluchting. Veel mensen zien een penseel aan voor een kwast en ga ik er vanuit, dat het rare toch wel meevalt. Gelukkig kunt u na lezing zelf een oordeel vellen.