Dit proefschrift gaat over de juridische aspecten van Kifid. De centrale vraag in dit boek is hoe Kifid functioneert in het licht van de meest belangrijke juridische randvoorwaarden zoals vastgelegd in wetgeving, rechtspraak en doctrine. Om deze vraag te beantwoorden wordt er allereerst aandacht besteed aan de ontstaansgeschiedenis van Kifid en zijn organisatie. Bezien wordt hoe Kifid is ingericht en functioneert binnen het kader van de Wft, het BGfo, de Implementatiewet buitengerechtelijke geschillenbeslechting consumenten en relevante Europese verordeningen, richtlijnen en aanbevelingen.
Voorts worden de rechtsverhoudingen tussen de verschillende actoren die betrokken zijn bij Kifid tegen het licht gehouden en juridisch gekwalificeerd. Daarbij kan onder meer worden gedacht aan de rechtsverhouding tussen de organen van Kifid onderling, maar ook aan de rechtsverhouding tussen de (proces)partijen, Kifid en de daaraan verbonden bindend adviseurs. In dat kader bevat het boek onder meer beschouwingen over de diensten van Kifid in het licht van afdeling 2a en 3 van Boek 6 BW en de leerstukken 'vaststellingsovereenkomst' en 'opdracht'.